Om de koerskalender gedurende de wintermaanden wat cachet te geven, zijn er enkele nieuwe koersen aan de kalender toegevoegd. Een van die draverijen is de Winter Sprinttrofee, een draverij over de mijl die weliswaar geen klassieke status zal bereiken, maar hopelijk op termijn wel een mooie erelijst zal kennen. Het moet wel gek gaan als er niet een fraaie naam op de palmares terechtkomt, al is het deelnemersaantal van zes paarden misschien wat teleurstellend.
Lange loopbaan [] Er zijn vijf uitdagers die de handschoen opnemen tegen Starfighter LM, de hengst die in zijn lange loopbaan inmiddels meer dan een kwart miljoen euro verdiende en van de deelnemers het snelste record achter zijn naam heeft staan. Maar van een op voorhand vaststaande zege zal natuurlijk geen sprake zijn, met bijvoorbeeld Utah Alki aan het vertrek. De door Tiny en Rinus Alkema uit Medemblik gefokte merrie werd de laatste tijd voortdurend eerste of tweede, met uitzondering van de sterk bezette Willem H Geersen Prijs. Als voormalige kortebaanwinnares zou de merrie hier weleens met Rob de Vlieger het te kloppen paard kunnen zijn. Haar record benadert dat van Starfighter LM nog het meeste van de overige deelnemers. Op de piste van Duindigt tikte zij af in 1.14,3 over de mijl, maar misschien was haar recente prestatie in het Zweedse Jägersro (1.14,4) nog wel beter. Het spurtkanon werd toen gereden door Erik Adielsson.
Daardoor lijkt Utah Alki de voornaamste uitdager te worden van Starfighter LM. The Black Pimp (Mieke van der Meer) en de nieuwe Zweedse aanwinst van Arnold Harzé – de ruin Severin – zijn verdienstelijke koerspaarden, maar ogen voor dit geweld net te licht. Afgelopen maandag bleef Roesjha Dear bijvoorbeeld in een amateurkoers nog ruim voor Severin op de baan van Alkmaar. Roesjha Dear is met zijn tien jaar de ouderdomsdeken van dit veld. De hengst is een koersleven lang eigendom geweest van Henk Hofstra uit Hoornsterzwaag, die hem aankocht tijdens een Unitrot Veiling. Die aankoop maakte hem startgerechtigd in de Grote Unitrot Prijs, waarin hij misschien wel zijn beste koers ooit liep met een vierde plaats achter Derbywinnaar Rise and Shine. Zeven jaar na dato is Roesjha Dear nog altijd in staat tot grootse dingen.
De vijfde tegenstrever van Starfighter LM is Sterre Kesbo met de weer zijdelings in de sport teruggekeerde Ronald de Beer. De voormalige leerlingenkampioen neemt plaats achter de ruin van Gé den Dubbelden uit Steenwijk. Ook Sterre Kesbo heeft een reputatie hoog te houden als het gaat om het koersen over korte afstand. Medio 2007 was hij nog de sterkste in de Nakoersen Sprintbokaal.
meer ▼
Maar dé naam van de koers is natuurlijk Starfighter LM, een paard met zo’n slordige zestig koersen op de teller en een erelijst waar het merendeel van de Nederlandse dravers met jaloerse blikken naar kijkt. De laatste jaren komt de zoon van Paul Trot en Lady Celine S wat minder op de Nederlandse banen in actie. Zijn meest recente binnenlandse start leverde een derde plek op tijdens een internationaal sprintnummer op Wolvega. Hij leek toen niet helemaal in topvorm, maar zette een week later in het Franse Vincennes toch weer een mooie tijd neer.
Maar wat een erelijst. In 2003 al vijfde in de Derby die werd gewonnen door streekgenoot Sholty Boko. Achter dezelfde draver werd hij tweede in de klassieke Fokkers Trofee en verder won hij de fors gedoteerde Grote Unitrot Prijs dat jaar, terwijl hij in het najaar door Hugo Langeweg – samen met Willem van der Meer ook fokker van de hengst – naar de zege werd gereden in de Van Wickevoort Crommelin Memorial.
Een jaar later werd hij tweede in het Criterium der Vierjarigen, wederom achter de inmiddels gestopte Sholty Boko. In het Vierjarigen Kampioenschap draaide hij de rollen later dat jaar (waarin hij ook nog talloze Stakeskoersen won) duidelijk om. En ook nu schreef hij de Van Wickevoort Crommelin Memorial op zijn naam. Ook in 2005 bleef hij één van onze toonaangevende dravers. Zo werd hij tweede in de Gouden Zweep, achter de toen aan zijn zegereeks bezig zijnde stalgenoot Simmie Rider. In de Grote Prijs der Lage Landen haalde hij als winnaar dertien mille op, waarna Hugo Langeweg met hem naar Frankrijk trok. Daar opende hij met een zege in de Prix de la Ville Cabourg en beliep hij prijzengeld op de baan van Vincennes. Vervolgens keerde hij terug naar ons land om, inmiddels in handen van Langeweg Jr, en passant het Kampioenschap van Nederland op zijn naam te schrijven en voor een bijna-unicum te zorgen door voor de derde keer op rij het Van Wickevoort Crommelin Memorial te winnen. Die maximale prestatie deelt hij met Roland van Piet Strooper.
In 2006 won hij in de zomermaanden bijna een halve ton aan prijzengeld in Frankrijk, met zeges in Cabourg (met de Belgische catchdriver Dominik Locqueneux) en Amiens, waar Langeweg Jr met hem succesvol was. Bij die laatste prestatie troefde hij oude bekende Sholty Boko (Peter Strooper) af, een voorteken van de nu nog altijd voortzettende zegereeks van Nederlandse dravers op Franse bodem.
De laatste seizoenen komt hij wat minder frequent in actie, maar vaak genoeg zijn de prestaties nog uitstekend. In 2007 werd hij derde in de ‘Lage Landen’ die werd gewonnen door Macadam Cowbow, won hij in Wolvega het Kampioenschap Nederlandse Paarden en werd hij tweede in het voor de eerste maal naar Jan van Dooyeweerd vernoemde Kampioenschap van Nederland. Zijn best gehonoreerde prestatie dat jaar leverde hij op San Siro in Milaan, waar hij tweede werd in de Gran Premio d'Inverno met Andrea Guzzinati. Hij bleef gedurende de wintermaanden in de laars van Europa, om vervolgens in 2008 weer naar zijn vaderland terug te gaan. Zaterdag keert hij na vier maanden koersrust weer terug en het is mooi dat een paard dat de vaderlandse sport zo lang in binnen- en buitenland heeft vertegenwoordigd nog altijd achter de startuto plaatsneemt. Want aan dergelijke ‘bekende gezichten’ heeft de drafsport momenteel veel behoefte.