Er komt in ieder geval weer een nieuwe naam op de lange erelijst, want de meest recente winnaars zijn absent. Opvallend is trouwens dat de laatste drie edities werden gewonnen door Belgische rijders: oud-wereldkampioen Christophe Martens, Jos Verbeeck en Dominik Locqueneux.
Martens opnieuw zegekandidaat [] De laatste afleveringen kenden een tumultueus verloop. Vorig jaar raakte Antzinthepantz in aanvaring met de Nederlandse hoop Virgill Boko (Hugo Langeweg Jr), die ogenschijnlijk een zwieper ontving van de latere winnaar. Martens en Langeweg Jr hadden het onlangs ook al met elkaar aan de stok tijdens de Elitlopp, waarbij de Schagerbrugger hinder ondervond van de Belg met zijn Oiseau de Feux. Een beladen confrontatie dus.
Een jaar eerder was het ook al raak, toen Johan (Tom Kooyman) door het comité werd teruggesteld wegens hinder. De zege ging toen naar Jos Verbeeck met de in Nederlands bezit zijnde Macadam Cowbow. Ook de Vlaamse sulky-artiest is er in 2009 opnieuw bij. Nu met King Prestige, een elf jaar oude routinier die voor de tweede maal actief is op Nederlandse bodem. Tegen de echte Nederlandse top kon deze ruin, die qua gewonnen prijzengeld al richting de miljoen euro gaat, de laatste tijd weinig uitrichten. Zo kreeg hij in 2008 in Frankrijk in de Prix de New York een geweldige draai om de oren van de toen al geweldige Russel November met Hugo Langeweg Jr. King Prestige werd toen gereden door Jean Claude Abrivard. Eerder legde hij het ook af tegen andere grootheden als Paris Haufor en Colombian Necktie. De elf jaar oude ruin van Claude de Reynier presteerde daarentegen wel weer geweldig in Scandinavië. Tijdens de dag van de Elitlopp mocht trainer Henk Grift zelfs het podium bestijgen nadat de ruin met Ludovic Mollard een montékoers won. In ons land kwam hij één keer aan de start en eindigde toen kort achter Victoriusmagic S in een stayerskoers. Toen vertrokken beide paarden uit hetzelfde band, nu moet King Prestige over kortere afstand echter ook nog vijftig meter weg zien te poetsen op de troef van Jeroen Engwerda.
Dat zal niet eenvoudig zijn, want de ruin van eigenaar Swaanenburg uit Hegelsom heeft zich formidabel ontwikkeld. Het starten in een klassieker als de Lage Landen is in dat opzicht al een beloning op zich, maar hij zal zeker niet als kleurloze meeloper fungeren. Hij won bijvoorbeeld drie keer op rij in mooi gedoteerde koersen in België, zette zijn laatste twee optredens in ons land in winst om en was ook in het Franse Chatillon-sur-Chalaronne winnaar.
meer ▼
In het eerste band krijgt de crack uit Biddinghuizen gezelschap van enkele andere Nederlandse deelnemers. Welmoed Landerye (Rob de Vlieger) zou voor sponsor Michel de Bruin van Merwestaal Moerdijk deze koers meer dan extra glans kunnen geven. De ruin is eigenlijk de evenknie van de meer internationaal opererende Willem W Boko, al blijft dat soort beoordelingen natuurlijk subjectief. Welmoed Landerye schreef ondermeer het Kampioenschap der Vierjarigen op zijn naam en reed twee keer op rij een recordtijd in Duitsland. Zijn laatste optreden op Duindigt werd een teleurstelling, omdat hij in de Gouden Zweep een veel te nat pad trof, iets dat de ruin totaal niet ligt. Voor zondag ogen de vooruitzichten een stuk beter.
Tennessie Forest komt met Caroline Aalbers naar Duindigt. De aanwezigheid van een vrouwelijke rijdster in deze klassieker blijft helaas een opmerkelijk feit en tot dusverre verscheen er nooit een als winnares in de boeken. Al was Maria Poort – nog altijd actief – er met Wanda Pluto ooit dichtbij. Vermoedelijk zal ‘Callantsoogse Caroline’ ook niet zover reiken. De laatste drie zeges boekte de hengst op Wolvega, de piste die hem ogenschijnlijk iets beter ligt.
John de Leeuw komt in actie met Udo Siebar. Net als Welmoed Landerye en Tennessie Forest speelde hij vanwege de weersomstandigheden geen rol van betekenis in de Gouden Zweep, waarin hij in 2008 nog tweede werd. Het is eigenlijk al wonderbaarlijk dat een draver die ooit werd geveild voor amper 600 euro nu ineens tussen de grote namen mag staan. Zijn inmiddels overleden vader Frisky Frazer won bij ons in 1999 nog de Prijs der Giganten.
Golddigger staat weliswaar als Italiaan in de boeken, maar is ‘gewoon’ gefokt door het duo De Jong-Eikema van Stal Quattro uit Bolsward, is eigendom van de succesvolle Stal Amsterdam en wordt getraind door Peter Strooper. Het is hollen of stilstaan met de hengst die van zijn 22 starts in ons land er vijftien won, één keer tweede werd en voor de rest buiten de uitslagen belandde. Zijn record liep hij tijdens een van zijn twee uitstapjes naar Zweden, maar hoe hij zich in dit veld houdt, is maar de vraag. Zijn enige optreden over de langere afstand (in Wolvega over 3100 meter) spreekt weer in zijn voordeel, want die koers won hij. Bovendien stuurt Strooper een paard nooit zonder aspiraties de baan op.
Nog zo’n open boek is Urbano Crown met Cees Kamminga. De ruin loopt voortdurend in de prijzen, waarbij de zwaarte van het veld hem nauwelijks lijkt te deren. Zijn record vestigde hij bijvoorbeeld met een tweede plaats in Zweden achter nota bene de naar Scandinavië uitgeweken Teaser Elegance. Dat paard heeft in Zweden inmiddels een mooie status opgebouwd, waarmee die prestatie extra cachet krijgt.
Wellington (net als Udo Siebar een zoon van Frisky Frazer) is dit jaar de troef van stal Langeweg. De vijf jaar jonge ruin boekte na zijn verhuizing naar het entrainement van Hugo Langeweg liefst tien zeges op rij, waarbij een triomf in Frankrijk, waar hij in Argentan met Dominik Locqueneux een leeftijdskoers won. Vervolgens reed hij met Langeweg Jr tijdens het Elitlopp-weekeinde op het Zweedse Solvalla met een derde plaats – na een ongelukkige laatste bocht buitenom – naar een nieuw record. Veel insiders zien in Wellington één van de grote kandidaten voor de zege. Het zou de derde voor de Schagerbrugse stal zijn na de zege van Eibert Vryenesse in 1995 (verkregen van achter de groene tafel en daarom nooit echt gevierd) en die van Starfighter LM met Langeweg sr tien jaar later.
Ronald de Beer zou een jaar geleden niet gedacht hebben dit jaar te koersen in de Lage Landen. De 23-jarige rijder uit Joure had het immers helemaal gehad met de sport, tot hij begin dit seizoen weer terugkeerde op de baan met onder meer een verrassende zege in het semiklassieke Gouden Paard met dank aan Tempo Boy Worthy.
De hengst zelf maakte in die fase ook al zijn verbazingwekkende rentree. Vijf jaar nadat hij leerlingenkampioen werd van ons land is De Beer weer helemaal terug en wie weet kan hij zijn stunt van begin februari benaderen. Tempo Boy Worthy heeft voor zijn leeftijd relatief weinig gekoerst als gevolg van slecht helende blessures, maar is daardoor misschien juist wel lekker fris in het hoofd gebleven.
De enige echte buitenlander in het eerste band is de Fransman Ormondal, die met het langzaamste record van de gehele bende naar ons land komt met trainer en rijder Richard Westerink. Dat record zegt misschien niet zo veel, want de ruin kwam alleen maar over langere afstanden in actie en dan is het moeilijk supertijden neer te zetten. Aan de andere kant zeggen zijn zeges ook bitter weinig, want die werden veelal behaald in voor Franse begrippen laag gedoteerde koersen. In Toulouse (begin juni) en Angoulême won hij met Didier Croizet amateurkoersen, maar dat zijn in het kader van de Lage Landen weinigzeggende prestaties.
In het middelste band vertrekken drie paarden. Mona Lisa As is de tweede deelnemer uit de stal van Cees Kamminga. De merrie wordt nu gereden door zijn voormalige rechterhand Ruud Pools. De beste prestatie boekte ze vorig jaar november toen ze een Duitse Breeders Crown voor merries op haar naam schreef. Daarmee verdiende ze in één klap dertig mille, éénderde van haar totale winsom. Die koers in Berlijn ging over 1900 meter – in tegenstelling tot de gegevens op de NDR-site die haar duizend meter meer laat afleggen – en is vermoedelijk geen graadmeter. Over langere afstanden viel ze vaak niet mee en het feit dat trainer Kamminga zelf voor Urbano Crown kiest, kan ook als een vingerwijzing worden opgevat. Eigenaar Gerrit Steenge uit Marknesse, ook bekend van de Wolvega Social Club, zal de deelname niet minder mooi vinden.
Nathan Streamline is niet voor de eerste keer van de partij. In 2005 speelde hij met Robin Bakker geen rol van betekenis, net als een jaar later met het Duitse talent Michael Nimczyck. In 2007 werd hij echter vierde, mede door de terugstelling van Johan. Destijds werd de door eigenaar Gerard Gooren getrainde hengst, die met zijn dertien jaar de ouderdomsdeken van de koers is, gereden door Langeweg Jr, nu neemt André Bakker plaats in het zitje. De recente zeges van Nathan Streamline in Duitsland geven vorm aan, maar hij trof daarbij tegenstand van ander kaliber. In april werd hij nog eens vijfde achter het fenomeen Russel November.
Kan Christophe Martens de Lage Landen twee keer op rij winnen? Hij moet dat dan doen met de vijfjarige Athos du Boscail II. Die won onlangs in een nieuwe recordtijd op de baan van Vincennes, waar winnen op zich al een hele prestatie is, en in België is hij nauwelijks te stuiten. De draver won er zowel de Darby der Driejarigen als de Darby der Vierjarigen. In eigen land wordt hij dan ook omschreven als een paard dat België maar eens in de vijftien jaar te zien krijgt.
De Grote Prijs der Lage Landen wordt verreden als zevende koers van de meeting waarin bij alle twaalf koersen de klasse afdruipt. Het belooft dus een ouderwets drukke Duindigt-dag te worden waarbij ook in andere koersen (inter)nationale toppaarden acte de presence geven.