De zweep: Hulpmiddel, geen dwangmiddel!
Dierenwelzijn is een belangrijke bepalende factor binnen de draf- en rensport. Het welzijn van onze paarden en de veiligheid van mens en dier, mag daarbij nooit ondergeschikt zijn aan het economisch belang. Dit zijn uitgangspunten die in 2018 al zijn geformuleerd in de toenmalige strategische visie 2018 – 2022 van de SNDR.
De waardering van het paardenwelzijn in onze sport, wordt in hoge mate bepaald door de wijze waarop er maatschappelijk draagvlak – zowel nu als in de toekomst – bestaat voor de wijze waarop het paard wordt behandeld en gerespecteerd. De algemene beeldvorming inzake dierenwelzijn wordt hierbij mede gevormd door gebruik van hulpmiddelen. De zweep blijkt bij uitstek beeldbepalend te zijn voor de maatschappelijke perceptie van de draf- en rensport. Derhalve is het noodzaak om hier (nu) verdere stappen in te zetten.
Daarom zullen per 1 januari 2023 de thans geldende reglementen inzake het gebruik van de zweep tijdens koersdagen op de lange baan, voor draverijen en voor rennen worden aangepast.
Vanaf 2023 zal het gebruik van een zweep (lees ‘karwats’ voor de rensport) voor het aansporen van het paard verboden zijn. De zweep mag vanaf de aangegeven ingangsdatum nog slechts worden meegevoerd ter correctie en alleen worden ingezet indien er zich een situatie voordoet waarin de veiligheid van mens en dier in het geding kan komen.
Dit is de uitkomst van een lang, intensief en zorgvuldig doorlopen traject, waarbij het bestuur van de SNDR, de Commissie Welzijn (onafhankelijk adviesorgaan SNDR), het bestuur van de VDRP en de comitéleden van de SNDR betrokken zijn geweest.
Hoewel de nieuwe regels voor het hanteren van de zweep primair zijn voortgekomen als gevolg van een intrinsieke motivatie vanuit de sector (de eerder genoemde strategische visie), zijn ook externe factoren nu en in de toekomst van invloed op het binnen de draf- en rensport verder verbeteren van het paardenwelzijn. De petitie/actie “Drafsport? Onsportief!” van Dier & Recht is bijvoorbeeld een teken aan de wand dat dierenwelzijn in de paardensport een blijvend fenomeen is.
Bij het ingaan van de nieuwe reglementen (zie ‘officieel bulletin’ in dit nummer van ‘Draf en Rensport’) per 1 januari a.s. is het te verwachten dat de partijen die hier naar moeten handelen, tijd nodig hebben om hier aan te wennen. De SNDR zal er dan ook op toezien dat in het geval van bestraffingen, deze altijd door het dienstdoende comité worden aangezegd. Hierbij zal altijd een uitleg worden gegeven over de wijze van beoordelen door het comité. Hierdoor wordt in ieder geval zeker gesteld dat bij iedere bestraffing de motivatie vanuit het comité helder is voor de betreffende rijder.
De nieuwe reglementen zullen elke 6 maanden worden beoordeeld en getoetst. Hieruit zal moeten blijken of de regelgeving voldoende helder is, of de bestraffing afdoende wordt onderbouwd en uitgelegd en of het effect van de maatregelen een positieve uitwerking heeft op het imago van onze sport in het algemeen en de welzijnsbeleving van het paard binnen onze sector in het bijzonder. Feedback en ervaringen vanuit de rijders (de VDRP is hierbij de gesprekspartner voor de SNDR) en comitéleden worden hier vanzelfsprekend in meegenomen en worden zeker ook met de beide instanties besproken.
Wij hopen met deze nieuwe regels voor het meevoeren van de zweep een positieve impuls zullen geven aan het verder verbeteren van het maatschappelijk draagvlak voor onze sector en het respect vanuit de sector richting onze dravers en volbloeds.
Bestuur SNDR
Klik hieronder voor de per 1 januari 2023 wijzigende reglementen. Het document wordt in een nieuw scherm geopend.