KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND

WASSENAAR – Het Kampioenschap van Nederland werd voor de eerste maal verreden in 1921 en heeft vervolgens steeds op de agenda gestaan, ook gedurende de oorlogsjaren. De formule is wel voortdurend aangepast, zo werd vanaf de eerste editie (winst voor Great Night met pikeur Bas ten Hagen) tot en met 1942 gekoerst in heats over 2000 meter. Omdat een paard twee heats moest winnen, kon de titelstrijd daarom bestaan uit vier koersen, indien de eerste drie heats verschillende winnaars hadden opgeleverd. Dat was het geval in 1922 (Kerrigan), 1926 (Nora Belwin B) en 1941 met Xoli als beste. Deze paarden dienden dus liefst acht kilometer te koersen, voor ze zich titelhouder mochten noemen. In die jaren werden ook wel eens variaties hierop afgewerkt.
In 1943 werd de koers omgezet naar de formule waarbij één draverij beslissend was. Ook was de afstand toen wat langer dan in de beginjaren. Toen in 1958 de startauto zijn intrede deed, werd die startprocedure doorgaans gehanteerd. Daarvóór werd gestart vanuit de banden, soms met een bijzonder lange aanloop. De editie van 1927 werd beslist na maar liefst 28 valse startpogingen. Nora Belwin B werd net als een jaar eerder, toen rijder Hendrik Mensinga dus vier starts nodig had, de sterkste van het veld. Nora Belwin B werd later tijdens een trip naar Berlijn verkocht en verhuisde in een later stadium ook nog naar Italië.